15 jaar praten mét: Pieter Buisman – Weerbarstige vraagstukken

Afbeelding bij 15 jaar praten mét: Pieter Buisman – Weerbarstige vraagstukken

In het kader van ons jubileum kijken we in ons blog wekelijks terug op 15 jaar praten mét. Deze week: Pieter Buisman – Weerbarstige vraagstukken. Alle bijdragen zijn gebundeld in de publicatie ’15 Jaar Praten Mét’, welke al onze gasten tijdens de viering van ons jubileum hebben mogen ontvangen.

Weerbarstige vraagstukken

Middenin een ietwat kribbig Whatsapp-gesprek waarin, mede door de aard van het medium, de goede bedoelingen langs elkaar heen schoten, popte een tweet op: ‘Labyrinth gaat in opdracht van de rekenkamer van de gemeente Nieuwegein onderzoek doen naar minimabeleid en het gebruik van minimaregelingen voor mensen met een zeer laag inkomen.’

Gefeliciteerd! De opzet van het onderzoek ken ik niet, maar ongetwijfeld gaat het over de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde beleid. Dat spreekt me als rekenkamerlid natuurlijk direct aan. Maar het gaat hier om meer. Het gaat hier om mensen!

Ik prijs me gelukkig met een samenleving die zich bekommert om degenen die het minder goed hebben getroffen, niet kunnen meekomen, aan de kant staan of uit de boot dreigen te vallen. Ik vind dat we daarop best trots mogen zijn en dat af en toe, zij het op bescheiden wijze, mogen laten blijken. We hebben er met z’n allen uiteindelijk veel geld voor over. Van de andere kant mogen we verwachten dat dat geld effectief en efficiënt wordt besteed, en dat we oog blijven houden voor wat beter kan en nodig is voor de toekomst. Geen zelfgenoegzaamheid dus, maar vermogen tot zelfkritiek, niet in de laatste plaats om de samenleving de argumenten te geven om die verantwoordelijkheid te blijven te dragen. Daarom is dit soort onderzoek zo belangrijk, onderzoek dat de feiten naar boven weet te halen, ze kan analyseren en beoordelen en zo kan duiden wat werkt en wat niet. En daarvoor zijn onderzoekers nodig die de mensen weten te bereiken om wie het gaat, dus toegang tot hen hebben en hun taal spreken en verstaan.

Ik kwam Labyrinth zo’n twaalf jaar geleden voor het eerst tegen bij de aanpak van Overvecht. Het was de tijd van grootscheepse sloop en nieuwbouw van woningen en een vast geloof in de heilzame werking daarvan op de sociale stijging van de wijkbewoners. Ingrijpende plannen waren het, waarover in allerlei verbanden met bewoners en andere belanghebbenden stevige discussies werden gevoerd. Allochtone wijkbewoners lieten zich daarbij echter nauwelijks zien en horen. Zij
stonden te ver af van de heersende vergadercultuur en overlegstructuur en hadden wellicht geheel andere zaken aan hun hoofd. En toen was daar Labyrinth dat vanuit haat netwerk, benaderingswijze en passie die verbinding wel wist te maken.

Die grootscheepse sloop en nieuwbouw ging uiteindelijk niet door. Het draagvlak brokkelde af en de economische crisis bracht een behoorlijke slag toe aan het investerings- en handelingsvermogen van woningcorporaties en gemeente. Ruim tien jaar verder staat de aanpak van Overvecht nog steeds hoog op de agenda. Was dat anders geweest als die plannen van toen wel waren uitgevoerd? Daarover lopen de meningen uiteen.

Meningen, opvattingen, beweringen en veronderstellingen, ze domineren veelal de benadering en aanpak van grote maatschappelijke vraagstukken. Weerbarstige vraagstukken zijn het. Ze zijn ingewikkeld, moeilijk te doorgronden en raken uiteenlopende belangen en partijen. Het is verleidelijk dan snel naar een oplossing te duiken die is ingegeven door een eigen perceptie of overtuiging, een maatschappelijk ideaal, politieke wenselijkheid of opvattingen van de massa. Wat echter ontbreekt is heldere analyse en scherpe definiëring van het vraagstuk en duiding van de beperkingen en neveneffecten. Dat kost immers tijd en geld of brengt zaken aan het licht die ons wellicht onwelgevallig zijn, omdat ze niet stroken met onze maatschappelijke opvattingen, onze neus op onaangename feiten drukken of onze onmacht pijnlijk zichtbaar maken. Discussie erover kan dan licht ontaarden in een soort Whatsapp-gesprek waarin de goede bedoelingen langs elkaar heen schieten, maar de kern niet weten te raken.

Het gevolg is dat we veel gemeenschapsgeld in maatregelen steken waarvan we achteraf moeten constateren dat ze niet of onvoldoende werken. Als zo’n evaluatie er al komt, want ook daarvoor ontbreekt nogal eens de wil, de zin, de tijd of het geld. Daarom is het zo goed dat er rekenkamers zijn en andere organisaties en personen die het handelen van overheden en maatschappelijke instellingen bij tijd en wijle tegen het licht houden, zoals bij het minimabeleid van Nieuwegein. En dat er onderzoekers zijn die de methoden en technieken hebben om de feiten boven water te halen, de heldere analyse te maken en bruikbare aanbevelingen te doen waarmee beleidsmakers verder kunnen.

Echter, hoe belangrijk en zinvol, het blijven constateringen achteraf. Het kalf is dan al verdronken en het paard staat achter de wagen. Beter zou het zijn dat onderzoek vooraf te doen. In een artikel in het Financieel Dagblad betichtte onlangs de directeur van het Sociaal Cultureel Planbureau, Kim Putters, de overheid van onrealistische verwachtingen over de werking van haar beleid. Beleidsaannames over het gedrag van de burger kloppen vaak niet.

Ondoordacht beleid gaat vaak het eerst ten koste van mensen die van de overheid afhankelijk zijn voor zorg en zekerheid. Onderzoek kan naar zijn mening meer bijdragen aan uitvoerbaar beleid door kennis sneller te delen, tussentijds actiever onder de aandacht te brengen en meer naar de praktijk te vertalen. Niet alleen in dikke rapporten, maar ook via toegankelijke communicatie. Zijn oproep was daarom: toets overheidsbeleid vooraf op uitvoerbaarheid.

Ik zou die toets vooral ook willen richten op de effectiviteit, en daarbij de burger willen zien in al zijn verscheidenheid. Voor Labyrinth is hierbij een belangrijke rol en uitdaging weggelegd.

We hebben in ons landje heel veel zaken goed geregeld waar het gaat om zorg, huisvesting en inkomen. Maar we zijn er soms slordig en morsig mee bezig, of schieten juist door in achterdocht en controle. Het kan en moet dus steeds weer beter en effectiever. Bovendien is de houdbaarheid van dit alles in de toekomst allerminst zeker: kunnen we het nog wel betalen? Weerbarstige vraagstukken zijn het, met een grote impact op de samenleving en het individu, en een lijntje naar tweedeling, segregatie en ongelijkheid.

Discussie, meningsvorming en beleidsvorming hierover zijn gebaat bij klare feiten en heldere analyses, achteraf, tijdens en vooral vooraf. Dat is, lijkt mij, Labyrinth op het lijf geschreven, juist omdat het bij deze maatschappelijke vraagstukken steeds om mensen gaat in al hun verscheidenheid.

Een schone taak wacht.

Pieter Buisman is adviseur en procesmanager op het gebied van de stedelijke ontwikkeling en vernieuwing. Hij richt zich met name op het activeren en verbinden van de fysieke, economische en sociale waarden van gebieden en van de mensen en partijen die daarbij betrokken zijn. Hij is lid van een tweetal lokale rekenkamers. Samen met Nathan Rozema heeft hij vijf jaar geleden Geldstromen door de Wijk opgericht.